PRATEN EN SCHRIJVEN
De lezer wordt voor het LEZEN van het volgende voldoende begrip en kennis gevraagd die ik zelf niet heb.
Toen ik geboren werd en het levenslicht zag, krijste ik het uit want ik schrok me kapot. Was dat nou die nieuwe wereld die me beloofd was! Ik moest wel met de grootste inspanning krijsen, want praten kon ik nog niet. En nog minder kon ik beschrijven van wat ik voelde en zag. Over de rand van mijn ledikantje verschenen, naar ik later hoorde, allemaal hoofden van buurvrouwen, ooms en tantes en kennissen
Mijn ouders probeerden mij woordjes en zinnen te leren, maar dat bleek onvoldoende om normaal met mijn medemensen te kunnen communiceren. Pas toen ik zes jaar was moest ik naar school waar mij behalve meer woordjes praten, vooral woordjes leerden lezen en nog erger, woordjes leerde schrijven, want wat gezegd wordt kan je niet altijd goed verstaan, maar ook niet goed onthouden. En als iets geschreven is kan je dat altijd nog eens nalezen. Dat is het bewijs van wat je hebt geschreven. Wat je zegt moet je op een bandrecorder opnemen om het later terug te horen. Maar zo’n apparaat is niet altijd bij de hand, zo bestaan er ruzies van “dat heb ik niet en dat heb ik wel gezegd”.
Wat je hebt geschreven staat vast en voor iedereen die er belang bij heeft te lezen.
Ik schrijf 15 oktober 2024, en nu iedereen een smarthphone (een slimme zaktelefoon) heeft met veel meer gemakken, en je niet wilt achter blijven, loopt men zelfs door en park op je eentje tegen die zaktelefoon te praten om afspraken te maken van wat je samen doen zult. Het was en is altijd beter zo’n besluit of afspraak in je zakagenda of e-mail op te schrijven om jou en de ander te bewijzen dat je dat besluit en die afspraak hebt genomen.
Natuurlijk, niets is volmaakt, maar schrijven geeft toch veel meer zekerheid in je keven dan praten. Jem moet het ene doen en het ander niet laten. Maar het zaktelefoontje is zo’n bewijs van modern zijn, dat er over de hele wereld in hoge en lage kringen spraakverwarring heerst. IJdelheid er ijdelheden, alles is ijdel. Leer toch maar weer schrijven. E-mail is niet voor niets uitevonden omm het je zo gemakkelijkm mogleijk te maken. Het is te hopen dat dit optimistisch idealisme is. Een schrijver wil gelezen worden!